De of het inreisverbod? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord inreisverbod? Is het de inreisverbod of het inreisverbod? Het juiste lidwoord dat je voor het woord inreisverbod moet gebruiken is:
Het inreisverbod
Aanwijzend voornaamwoord inreisverbod
Dit of deze inreisverbod: dit inreisverbod
Dat of die inreisverbod: dat inreisverbod

Bezittelijk voornaamwoord inreisverbod
Onze of ons inreisverbod: ons inreisverbod
Jouw of jou: jouw inreisverbod

Elke of elk inreisverbod?
Elk inreisverbod
Gerelateerd aan inreisverbod