De of het huisvuiltoerisme? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord huisvuiltoerisme? Is het de huisvuiltoerisme of het huisvuiltoerisme? Het juiste lidwoord dat je voor het woord huisvuiltoerisme moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord huisvuiltoerisme
Dit of deze huisvuiltoerisme:
dit huisvuiltoerisme
Dat of die huisvuiltoerisme:
dat huisvuiltoerisme
Bezittelijk voornaamwoord huisvuiltoerisme
Onze of ons huisvuiltoerisme:
ons huisvuiltoerisme
Jouw of jou:
jouw huisvuiltoerisme
Elke of elk huisvuiltoerisme?Elk huisvuiltoerisme
Gerelateerd aan huisvuiltoerisme