De of het honderdplusser? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord honderdplusser? Is het de honderdplusser of het honderdplusser? Het juiste lidwoord dat je voor het woord honderdplusser moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord honderdplusser
Dit of deze honderdplusser:
deze honderdplusser
Dat of die honderdplusser:
die honderdplusser
Bezittelijk voornaamwoord honderdplusser
Onze of ons honderdplusser:
onze honderdplusser
Jouw of jou:
jouw honderdplusser
Elke of elk honderdplusser?Elke honderdplusser
Gerelateerd aan honderdplusser