De of het honderdeenenzestigjarige? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord honderdeenenzestigjarige? Is het de honderdeenenzestigjarige of het honderdeenenzestigjarige? Het juiste lidwoord dat je voor het woord honderdeenenzestigjarige moet gebruiken is:
De honderdeenenzestigjarige
Aanwijzend voornaamwoord honderdeenenzestigjarige
Dit of deze honderdeenenzestigjarige:
deze honderdeenenzestigjarige
Dat of die honderdeenenzestigjarige:
die honderdeenenzestigjarige
Bezittelijk voornaamwoord honderdeenenzestigjarige
Onze of ons honderdeenenzestigjarige:
onze honderdeenenzestigjarige
Jouw of jou: jouw honderdeenenzestigjarige
Elke of elk honderdeenenzestigjarige? Elke honderdeenenzestigjarige