De of het hondenzwemmen? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord hondenzwemmen? Is het de hondenzwemmen of het hondenzwemmen? Het juiste lidwoord dat je voor het woord hondenzwemmen moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord hondenzwemmen
Dit of deze hondenzwemmen:
dit hondenzwemmen
Dat of die hondenzwemmen:
dat hondenzwemmen
Bezittelijk voornaamwoord hondenzwemmen
Onze of ons hondenzwemmen:
ons hondenzwemmen
Jouw of jou:
jouw hondenzwemmen
Elke of elk hondenzwemmen?Elk hondenzwemmen
Gerelateerd aan hondenzwemmen