De of het heksenproef? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord heksenproef? Is het de heksenproef of het heksenproef? Het juiste lidwoord dat je voor het woord heksenproef moet gebruiken is:
De heksenproef
Aanwijzend voornaamwoord heksenproef
Dit of deze heksenproef: deze heksenproef
Dat of die heksenproef: die heksenproef

Bezittelijk voornaamwoord heksenproef
Onze of ons heksenproef: onze heksenproef
Jouw of jou: jouw heksenproef

Elke of elk heksenproef?
Elke heksenproef
Gerelateerd aan heksenproef