De of het hasjroker? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord hasjroker? Is het de hasjroker of het hasjroker? Het juiste lidwoord dat je voor het woord hasjroker moet gebruiken is:
De hasjroker
Aanwijzend voornaamwoord hasjroker
Dit of deze hasjroker: deze hasjroker
Dat of die hasjroker: die hasjroker

Bezittelijk voornaamwoord hasjroker
Onze of ons hasjroker: onze hasjroker
Jouw of jou: jouw hasjroker

Elke of elk hasjroker?
Elke hasjroker
Gerelateerd aan hasjroker