De of het Halloween? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord Halloween? Is het de Halloween of het Halloween? Het juiste lidwoord dat je voor het woord Halloween moet gebruiken is:
De Halloween
Aanwijzend voornaamwoord Halloween
Dit of deze Halloween: deze Halloween
Dat of die Halloween: die Halloween

Bezittelijk voornaamwoord Halloween
Onze of ons Halloween: onze Halloween
Jouw of jou: jouw Halloween

Elke of elk Halloween?
Elke Halloween
Gerelateerd aan Halloween