De of het halfrond? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord halfrond? Is het de halfrond of het halfrond? Het juiste lidwoord dat je voor het woord halfrond moet gebruiken is:
Het halfrond
Aanwijzend voornaamwoord halfrond
Dit of deze halfrond: dit halfrond
Dat of die halfrond: dat halfrond

Bezittelijk voornaamwoord halfrond
Onze of ons halfrond: ons halfrond
Jouw of jou: jouw halfrond

Elke of elk halfrond?
Elk halfrond
Gerelateerd aan halfrond