De of het glacé? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord glacé? Is het de glacé of het glacé? Het juiste lidwoord dat je voor het woord glacé moet gebruiken is:
De glacé
Aanwijzend voornaamwoord glacé
Dit of deze glacé: deze glacé
Dat of die glacé: die glacé

Bezittelijk voornaamwoord glacé
Onze of ons glacé: onze glacé
Jouw of jou: jouw glacé

Elke of elk glacé?
Elke glacé
Gerelateerd aan glacé