De of het gistcel? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord gistcel? Is het de gistcel of het gistcel? Het juiste lidwoord dat je voor het woord gistcel moet gebruiken is:
De gistcel
Aanwijzend voornaamwoord gistcel
Dit of deze gistcel: deze gistcel
Dat of die gistcel: die gistcel

Bezittelijk voornaamwoord gistcel
Onze of ons gistcel: onze gistcel
Jouw of jou: jouw gistcel

Elke of elk gistcel?
Elke gistcel
Gerelateerd aan gistcel