De of het gezinswagen? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord gezinswagen? Is het de gezinswagen of het gezinswagen? Het juiste lidwoord dat je voor het woord gezinswagen moet gebruiken is:
De gezinswagen
Aanwijzend voornaamwoord gezinswagen
Dit of deze gezinswagen: deze gezinswagen
Dat of die gezinswagen: die gezinswagen

Bezittelijk voornaamwoord gezinswagen
Onze of ons gezinswagen: onze gezinswagen
Jouw of jou: jouw gezinswagen

Elke of elk gezinswagen?
Elke gezinswagen
Gerelateerd aan gezinswagen