De of het gesprekssituatie? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord gesprekssituatie? Is het de gesprekssituatie of het gesprekssituatie? Het juiste lidwoord dat je voor het woord gesprekssituatie moet gebruiken is:
De gesprekssituatie
Aanwijzend voornaamwoord gesprekssituatie
Dit of deze gesprekssituatie: deze gesprekssituatie
Dat of die gesprekssituatie: die gesprekssituatie

Bezittelijk voornaamwoord gesprekssituatie
Onze of ons gesprekssituatie: onze gesprekssituatie
Jouw of jou: jouw gesprekssituatie

Elke of elk gesprekssituatie?
Elke gesprekssituatie
Gerelateerd aan gesprekssituatie