De of het gasfactuur? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord gasfactuur? Is het de gasfactuur of het gasfactuur? Het juiste lidwoord dat je voor het woord gasfactuur moet gebruiken is:
De gasfactuur
Aanwijzend voornaamwoord gasfactuur
Dit of deze gasfactuur: deze gasfactuur
Dat of die gasfactuur: die gasfactuur

Bezittelijk voornaamwoord gasfactuur
Onze of ons gasfactuur: onze gasfactuur
Jouw of jou: jouw gasfactuur

Elke of elk gasfactuur?
Elke gasfactuur
Gerelateerd aan gasfactuur