De of het Friulaans? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord Friulaans? Is het de Friulaans of het Friulaans? Het juiste lidwoord dat je voor het woord Friulaans moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord Friulaans
Dit of deze Friulaans:
dit Friulaans
Dat of die Friulaans:
dat Friulaans
Bezittelijk voornaamwoord Friulaans
Onze of ons Friulaans:
ons Friulaans
Jouw of jou:
jouw Friulaans
Elke of elk Friulaans?Elk Friulaans
Gerelateerd aan Friulaans