De of het franc-tireur? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord franc-tireur? Is het de franc-tireur of het franc-tireur? Het juiste lidwoord dat je voor het woord franc-tireur moet gebruiken is:
De franc-tireur
Aanwijzend voornaamwoord franc-tireur
Dit of deze franc-tireur: deze franc-tireur
Dat of die franc-tireur: die franc-tireur

Bezittelijk voornaamwoord franc-tireur
Onze of ons franc-tireur: onze franc-tireur
Jouw of jou: jouw franc-tireur

Elke of elk franc-tireur?
Elke franc-tireur
Gerelateerd aan franc-tireur