De of het fleece? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord fleece? Is het de fleece of het fleece? Of zijn ze allebei goed? De correcte lidwoorden die je voor het woord fleece kunt gebruiken zijn:
De fleeceHet fleece
Aanwijzend voornaamwoord fleece
Dit of deze fleece: dit fleece / deze fleece
Dat of die fleece: dat fleece / die fleece

Bezittelijk voornaamwoord fleece
Onze of ons fleece: onze fleece / ons fleece
Jouw of jou: jouw fleece

Elke of elk fleece?
Elke fleece / elk fleece
Gerelateerd aan fleece