De of het fiksheid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord fiksheid? Is het de fiksheid of het fiksheid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord fiksheid moet gebruiken is:
De fiksheid
Aanwijzend voornaamwoord fiksheid
Dit of deze fiksheid: deze fiksheid
Dat of die fiksheid: die fiksheid

Bezittelijk voornaamwoord fiksheid
Onze of ons fiksheid: onze fiksheid
Jouw of jou: jouw fiksheid

Elke of elk fiksheid?
Elke fiksheid
Gerelateerd aan fiksheid