De of het familieprobleem? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord familieprobleem? Is het de familieprobleem of het familieprobleem? Het juiste lidwoord dat je voor het woord familieprobleem moet gebruiken is:
Het familieprobleem
Aanwijzend voornaamwoord familieprobleem
Dit of deze familieprobleem: dit familieprobleem
Dat of die familieprobleem: dat familieprobleem

Bezittelijk voornaamwoord familieprobleem
Onze of ons familieprobleem: ons familieprobleem
Jouw of jou: jouw familieprobleem

Elke of elk familieprobleem?
Elk familieprobleem
Gerelateerd aan familieprobleem