De of het fairplay? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord fairplay? Is het de fairplay of het fairplay? Het juiste lidwoord dat je voor het woord fairplay moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord fairplay
Dit of deze fairplay:
deze fairplay
Dat of die fairplay:
die fairplay
Bezittelijk voornaamwoord fairplay
Onze of ons fairplay:
onze fairplay
Jouw of jou:
jouw fairplay
Elke of elk fairplay?Elke fairplay
Gerelateerd aan fairplay