De of het facet? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord facet? Is het de facet of het facet? Het juiste lidwoord dat je voor het woord facet moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord facet
Dit of deze facet:
dit facet
Dat of die facet:
dat facet
Bezittelijk voornaamwoord facet
Onze of ons facet:
ons facet
Jouw of jou:
jouw facet
Elke of elk facet?Elk facet
Gerelateerd aan facet