De of het ezelkar? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord ezelkar? Is het de ezelkar of het ezelkar? Het juiste lidwoord dat je voor het woord ezelkar moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord ezelkar
Dit of deze ezelkar:
deze ezelkar
Dat of die ezelkar:
die ezelkar
Bezittelijk voornaamwoord ezelkar
Onze of ons ezelkar:
onze ezelkar
Jouw of jou:
jouw ezelkar
Elke of elk ezelkar?Elke ezelkar
Gerelateerd aan ezelkar