De of het eierlevendbarendheid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord eierlevendbarendheid? Is het de eierlevendbarendheid of het eierlevendbarendheid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord eierlevendbarendheid moet gebruiken is:
De eierlevendbarendheid
Aanwijzend voornaamwoord eierlevendbarendheid
Dit of deze eierlevendbarendheid: deze eierlevendbarendheid
Dat of die eierlevendbarendheid: die eierlevendbarendheid

Bezittelijk voornaamwoord eierlevendbarendheid
Onze of ons eierlevendbarendheid: onze eierlevendbarendheid
Jouw of jou: jouw eierlevendbarendheid

Elke of elk eierlevendbarendheid?
Elke eierlevendbarendheid
Gerelateerd aan eierlevendbarendheid