De of het ei? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord ei? Is het de ei of het ei? Het juiste lidwoord dat je voor het woord ei moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord ei
Dit of deze ei:
dit ei
Dat of die ei:
dat ei
Bezittelijk voornaamwoord ei
Onze of ons ei:
ons ei
Jouw of jou:
jouw ei
Elke of elk ei?Elk ei
Gerelateerd aan ei