De of het drieling? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord drieling? Is het de drieling of het drieling? Het juiste lidwoord dat je voor het woord drieling moet gebruiken is:
De drieling
Aanwijzend voornaamwoord drieling
Dit of deze drieling: deze drieling
Dat of die drieling: die drieling

Bezittelijk voornaamwoord drieling
Onze of ons drieling: onze drieling
Jouw of jou: jouw drieling

Elke of elk drieling?
Elke drieling
Gerelateerd aan drieling