De of het drieënzestigjarige? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord drieënzestigjarige? Is het de drieënzestigjarige of het drieënzestigjarige? Het juiste lidwoord dat je voor het woord drieënzestigjarige moet gebruiken is:
De drieënzestigjarige
Aanwijzend voornaamwoord drieënzestigjarige
Dit of deze drieënzestigjarige: deze drieënzestigjarige
Dat of die drieënzestigjarige: die drieënzestigjarige

Bezittelijk voornaamwoord drieënzestigjarige
Onze of ons drieënzestigjarige: onze drieënzestigjarige
Jouw of jou: jouw drieënzestigjarige

Elke of elk drieënzestigjarige?
Elke drieënzestigjarige
Gerelateerd aan drieënzestigjarige