De of het diaconaat? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord diaconaat? Is het de diaconaat of het diaconaat? Het juiste lidwoord dat je voor het woord diaconaat moet gebruiken is:
Het diaconaat
Aanwijzend voornaamwoord diaconaat
Dit of deze diaconaat: dit diaconaat
Dat of die diaconaat: dat diaconaat

Bezittelijk voornaamwoord diaconaat
Onze of ons diaconaat: ons diaconaat
Jouw of jou: jouw diaconaat

Elke of elk diaconaat?
Elk diaconaat
Gerelateerd aan diaconaat