De of het cytosol? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord cytosol? Is het de cytosol of het cytosol? Het juiste lidwoord dat je voor het woord cytosol moet gebruiken is:
Het cytosol
Aanwijzend voornaamwoord cytosol
Dit of deze cytosol: dit cytosol
Dat of die cytosol: dat cytosol

Bezittelijk voornaamwoord cytosol
Onze of ons cytosol: ons cytosol
Jouw of jou: jouw cytosol

Elke of elk cytosol?
Elk cytosol
Gerelateerd aan cytosol