De of het busnummer? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord busnummer? Is het de busnummer of het busnummer? Het juiste lidwoord dat je voor het woord busnummer moet gebruiken is:
Het busnummer
Aanwijzend voornaamwoord busnummer
Dit of deze busnummer: dit busnummer
Dat of die busnummer: dat busnummer

Bezittelijk voornaamwoord busnummer
Onze of ons busnummer: ons busnummer
Jouw of jou: jouw busnummer

Elke of elk busnummer?
Elk busnummer
Gerelateerd aan busnummer