De of het buks? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord buks? Is het de buks of het buks? Het juiste lidwoord dat je voor het woord buks moet gebruiken is:
De buks
Aanwijzend voornaamwoord buks
Dit of deze buks: deze buks
Dat of die buks: die buks

Bezittelijk voornaamwoord buks
Onze of ons buks: onze buks
Jouw of jou: jouw buks

Elke of elk buks?
Elke buks
Gerelateerd aan buks