De of het brugklas? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord brugklas? Is het de brugklas of het brugklas? Het juiste lidwoord dat je voor het woord brugklas moet gebruiken is:
De brugklas
Aanwijzend voornaamwoord brugklas
Dit of deze brugklas: deze brugklas
Dat of die brugklas: die brugklas

Bezittelijk voornaamwoord brugklas
Onze of ons brugklas: onze brugklas
Jouw of jou: jouw brugklas

Elke of elk brugklas?
Elke brugklas
Gerelateerd aan brugklas