De of het boekdrukker? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord boekdrukker? Is het de boekdrukker of het boekdrukker? Het juiste lidwoord dat je voor het woord boekdrukker moet gebruiken is:
De boekdrukker
Aanwijzend voornaamwoord boekdrukker
Dit of deze boekdrukker: deze boekdrukker
Dat of die boekdrukker: die boekdrukker

Bezittelijk voornaamwoord boekdrukker
Onze of ons boekdrukker: onze boekdrukker
Jouw of jou: jouw boekdrukker

Elke of elk boekdrukker?
Elke boekdrukker
Gerelateerd aan boekdrukker