De of het blauwtongziekte? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord blauwtongziekte? Is het de blauwtongziekte of het blauwtongziekte? Het juiste lidwoord dat je voor het woord blauwtongziekte moet gebruiken is:
De blauwtongziekte
Aanwijzend voornaamwoord blauwtongziekte
Dit of deze blauwtongziekte: deze blauwtongziekte
Dat of die blauwtongziekte: die blauwtongziekte

Bezittelijk voornaamwoord blauwtongziekte
Onze of ons blauwtongziekte: onze blauwtongziekte
Jouw of jou: jouw blauwtongziekte

Elke of elk blauwtongziekte?
Elke blauwtongziekte
Gerelateerd aan blauwtongziekte