De of het bewegingsmogelijkheid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord bewegingsmogelijkheid? Is het de bewegingsmogelijkheid of het bewegingsmogelijkheid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord bewegingsmogelijkheid moet gebruiken is:
De bewegingsmogelijkheid
Aanwijzend voornaamwoord bewegingsmogelijkheid
Dit of deze bewegingsmogelijkheid: deze bewegingsmogelijkheid
Dat of die bewegingsmogelijkheid: die bewegingsmogelijkheid

Bezittelijk voornaamwoord bewegingsmogelijkheid
Onze of ons bewegingsmogelijkheid: onze bewegingsmogelijkheid
Jouw of jou: jouw bewegingsmogelijkheid

Elke of elk bewegingsmogelijkheid?
Elke bewegingsmogelijkheid
Gerelateerd aan bewegingsmogelijkheid