De of het betoon? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord betoon? Is het de betoon of het betoon? Het juiste lidwoord dat je voor het woord betoon moet gebruiken is:
Het betoon
Aanwijzend voornaamwoord betoon
Dit of deze betoon: dit betoon
Dat of die betoon: dat betoon

Bezittelijk voornaamwoord betoon
Onze of ons betoon: ons betoon
Jouw of jou: jouw betoon

Elke of elk betoon?
Elk betoon
Gerelateerd aan betoon