De of het bestendigheid? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord bestendigheid? Is het de bestendigheid of het bestendigheid? Het juiste lidwoord dat je voor het woord bestendigheid moet gebruiken is:
De bestendigheid
Aanwijzend voornaamwoord bestendigheid
Dit of deze bestendigheid: deze bestendigheid
Dat of die bestendigheid: die bestendigheid

Bezittelijk voornaamwoord bestendigheid
Onze of ons bestendigheid: onze bestendigheid
Jouw of jou: jouw bestendigheid

Elke of elk bestendigheid?
Elke bestendigheid
Gerelateerd aan bestendigheid