De of het berceuse? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord berceuse? Is het de berceuse of het berceuse? Het juiste lidwoord dat je voor het woord berceuse moet gebruiken is:
De berceuse
Aanwijzend voornaamwoord berceuse
Dit of deze berceuse: deze berceuse
Dat of die berceuse: die berceuse

Bezittelijk voornaamwoord berceuse
Onze of ons berceuse: onze berceuse
Jouw of jou: jouw berceuse

Elke of elk berceuse?
Elke berceuse
Gerelateerd aan berceuse