De of het benzeen? Welk lidwoord is juist?
Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord benzeen? Is het de benzeen of het benzeen? Het juiste lidwoord dat je voor het woord benzeen moet gebruiken is:
Aanwijzend voornaamwoord benzeen
Dit of deze benzeen:
dit benzeen
Dat of die benzeen:
dat benzeen
Bezittelijk voornaamwoord benzeen
Onze of ons benzeen:
ons benzeen
Jouw of jou:
jouw benzeen
Elke of elk benzeen?Elk benzeen
Gerelateerd aan benzeen