De of het belwinkel? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord belwinkel? Is het de belwinkel of het belwinkel? Het juiste lidwoord dat je voor het woord belwinkel moet gebruiken is:
De belwinkel
Aanwijzend voornaamwoord belwinkel
Dit of deze belwinkel: deze belwinkel
Dat of die belwinkel: die belwinkel

Bezittelijk voornaamwoord belwinkel
Onze of ons belwinkel: onze belwinkel
Jouw of jou: jouw belwinkel

Elke of elk belwinkel?
Elke belwinkel
Gerelateerd aan belwinkel