De of het basissalaris? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord basissalaris? Is het de basissalaris of het basissalaris? Het juiste lidwoord dat je voor het woord basissalaris moet gebruiken is:
Het basissalaris
Aanwijzend voornaamwoord basissalaris
Dit of deze basissalaris: dit basissalaris
Dat of die basissalaris: dat basissalaris

Bezittelijk voornaamwoord basissalaris
Onze of ons basissalaris: ons basissalaris
Jouw of jou: jouw basissalaris

Elke of elk basissalaris?
Elk basissalaris
Gerelateerd aan basissalaris