De of het barcode? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord barcode? Is het de barcode of het barcode? Het juiste lidwoord dat je voor het woord barcode moet gebruiken is:
De barcode
Aanwijzend voornaamwoord barcode
Dit of deze barcode: deze barcode
Dat of die barcode: die barcode

Bezittelijk voornaamwoord barcode
Onze of ons barcode: onze barcode
Jouw of jou: jouw barcode

Elke of elk barcode?
Elke barcode
Gerelateerd aan barcode