De of het apertuur? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord apertuur? Is het de apertuur of het apertuur? Het juiste lidwoord dat je voor het woord apertuur moet gebruiken is:
De apertuur
Aanwijzend voornaamwoord apertuur
Dit of deze apertuur: deze apertuur
Dat of die apertuur: die apertuur

Bezittelijk voornaamwoord apertuur
Onze of ons apertuur: onze apertuur
Jouw of jou: jouw apertuur

Elke of elk apertuur?
Elke apertuur
Gerelateerd aan apertuur