De of het alpenden? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord alpenden? Is het de alpenden of het alpenden? Het juiste lidwoord dat je voor het woord alpenden moet gebruiken is:
De alpenden
Aanwijzend voornaamwoord alpenden
Dit of deze alpenden: deze alpenden
Dat of die alpenden: die alpenden

Bezittelijk voornaamwoord alpenden
Onze of ons alpenden: onze alpenden
Jouw of jou: jouw alpenden

Elke of elk alpenden?
Elke alpenden
Gerelateerd aan alpenden