De of het agrologie? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord agrologie? Is het de agrologie of het agrologie? Het juiste lidwoord dat je voor het woord agrologie moet gebruiken is:
De agrologie
Aanwijzend voornaamwoord agrologie
Dit of deze agrologie: deze agrologie
Dat of die agrologie: die agrologie

Bezittelijk voornaamwoord agrologie
Onze of ons agrologie: onze agrologie
Jouw of jou: jouw agrologie

Elke of elk agrologie?
Elke agrologie
Gerelateerd aan agrologie