De of het aarding? Welk lidwoord is juist?

Welk lidwoord (de of het) hoort bij het woord aarding? Is het de aarding of het aarding? Het juiste lidwoord dat je voor het woord aarding moet gebruiken is:
De aarding
Aanwijzend voornaamwoord aarding
Dit of deze aarding: deze aarding
Dat of die aarding: die aarding

Bezittelijk voornaamwoord aarding
Onze of ons aarding: onze aarding
Jouw of jou: jouw aarding

Elke of elk aarding?
Elke aarding
Gerelateerd aan aarding